Beleggingsbeleid
Beleggingsovertuigingen van Vive
VIVE wil dat jij door middel van je beleggingen je doelen kan bereiken. De beleggingen en beleggingsportefeuilles staan in dienst van het realiseren van jouw financiële doelen. Het vermogensbeheer van VIVE aan particuliere klanten zorgt voor de gewenste beleggingen met een efficiënte verhouding tussen rendement en risico, tegen lage kosten, op een transparante manier en rekening houdend met breed geaccepteerde ESG-criteria (d.w.z. op het gebied van leefomgeving, sociale relaties en goed ondernemingsbestuur).
Maatschappelijk verantwoord beleggen
VIVE is van mening dat beleggen een verantwoordelijkheid met zich meebrengt die breder is dan alleen een financiële fiduciaire plicht; de effecten op leefomgeving, sociale relaties en goed ondernemingsbestuur (ESG) dienen daarom een integraal onderdeel te zijn van de beleggingsstrategie.
Het integreren van ESG-criteria heeft toegevoegde waarde vanuit een risico/rendementperspectief. Verantwoord beleggen omvat een combinatie van:
- Uitsluitingsbeleid;
- Best in class selectiebeleid;
- Uitoefening van stemrechten en actieve engagementstrategie.
VIVE wil in principe alleen fondsen selecteren met een ESG-beleid dat de bovengenoemde beleidscomponenten bevat.
Om de ESG-integratie in de fondsen te evalueren, kijken we naar de fondsclassificatie onder de EU Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). De EU Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) is een reeks EU-regels die tot doel hebben het duurzaamheidsprofiel van fondsen beter vergelijkbaar te maken en beter te begrijpen voor eindbeleggers.
Risicospreiding en kosten laag houden zijn belangrijk
VIVE is van mening dat beleggen het beste kan worden gedaan door middel van breed gespreide portefeuilles. VIVE streeft ernaar om zoveel mogelijk te spreiden over beleggingscategorieën, en daarbinnen over geografische regio's en sectoren. Vermijdbaar risico dat niet wordt beloond met een positieve verwachte risicopremie (meerrendement boven de risicovrije rente) moet in principe worden vermeden.
VIVE gelooft niet dat market timing en tactische asset allocatie waarde toevoegen aan de klant na aftrek van kosten. VIVE gelooft niet dat het proberen de markt te verslaan structureel waarde toevoegt voor de klant na aftrek van kosten. Met actief management is het erg moeilijk om het beter te doen dan het marktgemiddelde. Daarom is het beleid om fondsen te selecteren op basis van 'passief waar mogelijk'. VIVE is van mening dat actief beheer zinvol is voor minder efficiënte of inefficiënte markten als het tot een beter risicobeheer leidt. De focus van VIVE binnen portefeuillebeheer ligt op het zo goed mogelijk samenstellen van portefeuilles per risiconiveau op basis van realistische en plausibele (lange termijn) economische scenario's. De beleggingshorizon van klanten loopt van korte tot lange termijn. Met behulp van uitbesteding aan externe vermogensbeheerders, oftewel de leveranciers van niet-beursgenoteerde beleggingsfondsen waarin VIVE voor haar klanten belegt, kan VIVE zich richten op de toegevoegde waarde voor jou als klant. VIVE kan zelf de beleggingsfondsen selecteren. VIVE belegt alleen via niet-beursgenoteerde ICBE's in de geselecteerde beleggingscategorieën.
Focus op risicobeheer
Risicomanagement is cruciaal voor duurzaam vermogensbeheer. Dit betekent dat het risico frequent wordt gemeten en dat de portefeuille indien nodig wordt aangepast. VIVE hanteert het principe dat de waarde van het neerwaartse risico van de optimale portefeuilles elk kwartaal wordt geactualiseerd en dat de samenstelling van de optimale portefeuilles in samenhang hiermee kan worden aangepast om de beste verhouding tussen verwacht rendement en neerwaarts risico te bereiken. Om ervoor te zorgen dat de beleggingsplannen van klanten dicht bij het beoogde risicoprofiel blijven, monitort VIVE jouw beleggingsportefeuilles dagelijks en past VIVE herbalancering van de portefeuilles toe indien ze teveel afwijken van dat risicoprofiel. De feitelijke samenstelling wordt dan in lijn gebracht met de strategische portefeuille behorende bij het beleggingsplan op het moment van herbalancering.
In welke beleggingscategorieën wordt het geld belegd?
De beleggingscategorieën die in aanmerking komen voor de optimale portefeuille dienen een positieve verwachte risicopremie te hebben die wetenschappelijk onderbouwd is.
VIVE kan op basis van de beleggingsovertuigingen de portefeuilles invullen met de volgende beleggingscategorieën:
- Geldmarktbeleggingen in euro's;
- Staatsleningen in euro's of afgedekt naar de euro;
- Investment Grade bedrijfsleningen in euro of afgedekt naar de euro;
- Aandelen wereldwijd, in volwassen markten en opkomende markten;
- High Yield bedrijfsleningen, d.w.z. bedrijfsleningen met lagere kredietkwaliteit dan Investment Grade klasse.
VIVE bepaalt voor elke categorie een representatieve indexreeks, die wordt gebruikt om de statistische kenmerken in het Economisch Scenario Generator-model van VIVE Technology te bepalen. Deze kenmerken bepalen de mate van risicospreiding over categorieën.
Hoe selecteert VIVE de fondsen voor elke activaklasse?
VIVE biedt vermogensbeheer door middel van beleggingen in niet-beursgenoteerde beleggingsfondsen ('fondsen') aan. VIVE belegt niet in eigen fondsen maar maakt gebruik van fondsen van derden; dit voorkomt ongewenste belangenverstrengeling.
VIVE selecteert fondsen van derden op basis van de volgende criteria:
Liquide:
De portefeuille is opgezet met niet-beursgenoteerde open-end beleggingsfondsen die dagelijks verhandelbaar zijn.
Hoge mate van risicospreiding:
Er is een brede spreiding binnen het fonds: er zijn voldoende namen in elk beleggingsfonds en er wordt ervoor gezorgd dat geen enkele individuele belegging een te grote allocatie binnen het fonds heeft, zowel qua weging in euro's als in termen van risicogewicht. Dit wordt getoetst door een 5% worst case scenario toe te passen op de twee grootste posities in de portefeuille en te controleren of deze de Value at Risk van de betreffende beleggingscategorie niet overschrijdt. Bij overschrijding voldoet het fonds niet aan het risicospreidingscriterium en komt het niet in aanmerking voor selectie.
Lage kosten:
De lopende kostenfactor (OCF) moet laag zijn. Dit wordt getoetst door de OCF van een te selecteren fonds te vergelijken met de mediaan van de OCF van vergelijkbare fondsen. De hoogte van een eventuele instapvergoeding of uitstapvergoeding moet marktconform zijn.
Het niveau van ESG:
VIVE is van mening dat beleggen een verantwoordelijkheid met zich meebrengt die breder is dan alleen een financiële fiduciaire plicht; de effecten op leefomgeving, sociale relaties en goed ondernemingsbestuur (ESG) dienen daarom een integraal onderdeel te zijn van de beleggingsstrategie. Het integreren van ESG-criteria heeft toegevoegde waarde vanuit een risico/rendementperspectief. VIVE selecteert in principe alleen fondsen met een ESG-beleid. Als er voor een specifieke beleggingscategorie geen fonds met een dergelijk ESG-beleid beschikbaar is, kan VIVE overwegen om een fonds toe te voegen dat niet aan de ESG selectiecriteria van VIVE voldoet, indien de verbetering van de rendement-risicoverhouding voor de klant aanzienlijk is. In dat geval wordt specifiek vastgelegd en aan klanten gecommuniceerd hoe van VIVE's uitgangspunt voor ESG-beleid wordt afgeweken en waarom VIVE het in het belang van klanten vindt dat het betreffende fonds onderdeel kan zijn van klantenportefeuilles.
Passend mandaat van het instrument:
De benchmark van het fonds komt redelijk overeen met de representatieve indexreeksen waarop de statistische kenmerken zijn gebaseerd; de tracking error tussen de twee indices zal naar verwachting niet meer dan 1% bedragen. Dit gaat over twee indexreeksen. De indexreeks waarop de statistische kenmerken zijn gebaseerd, verwijst naar de indexreeks die gebruikt is om de parameters in het Economisch Scenario Generator-model te bepalen. De andere indexreeks, uit de benchmark, betreft de benchmark van het fonds. Het beleggingsuniversum en de risicobeperkingen dragen bij aan voldoende risicospreiding. Bij een indextracker zorgt de replicatiemethode voor een goede aansluiting op de benchmark (bijvoorbeeld volledige replicatie). De stijl van beheer van het fonds is waar mogelijk passief en verantwoord.
Goede kwaliteit vermogensbeheerder:
De vermogensbeheerder heeft een bewezen track record (d.w.z. heeft aangetoond dat het vermogensbeheer in de betreffende vermogensklasse betrouwbaar wordt uitgevoerd), heeft het eigen risicobeheer op orde en heeft een stabiele organisatie. VIVE stelt specifiek een ISAE 3402 certificaat als criterium. De stabiliteit van de organisatie wordt gecontroleerd door onder meer te kijken naar het personeelsverloop zowel van de organisatie als geheel als binnen de groep beleidsmakers.
Geschikt en toegestaan voor particuliere beleggers binnen de Europese Unie:
Het fonds heeft de ICBE-status (UCITS) en voor het fonds is het Essentiële Beleggersinformatiedocument (EBI, in het Engels: KIID) beschikbaar in de Engelse taal en in de taal van het land waar VIVE de app aanbiedt. Dit betekent dat de EBI in de Nederlandse taal beschikbaar is voor de fondsen die worden gebruikt voor klanten in Nederland.
Fondsen met effectenuitleen en onnodig gebruik van derivaten moeten worden vermeden:
VIVE heeft een sterke voorkeur voor fondsen zonder effectenuitleen en zonder gebruik van derivaten (zoals total return swaps). VIVE acht het toevoegen van tegenpartijrisico door het uitlenen van effecten onwenselijk, omdat dit geen transparante bron van risico is voor de klant. Het gebruik van derivaten in een fonds brengt extra risico's met zich mee die niet duidelijk kunnen worden begrepen door niet-professionele beleggers. Als een fonds zonder effectenuitleen of derivatengebruik niet beschikbaar is voor een specifieke beleggingscategorie, maar de verbetering van de risico-rendementverhouding voor de klanten van VIVE aanzienlijk is, kan VIVE toch overwegen om dit fonds toe te voegen. In dat geval zal specifiek worden vastgelegd en aan klanten worden gecommuniceerd op welke wijze wordt afgeweken van het principe van VIVE voor het uitlenen van effecten en derivaten, en waarom VIVE het in het belang van klanten acht dat het betreffende fonds deel kan uitmaken van klantenportefeuilles. Uitgesloten zijn fondsen die gebruik maken van zogenaamde exoten (custom derivaten).
Hoe worden beleggingsplannen gemaakt?
VIVE helpt klanten beleggingsdoelen te stellen op basis van voorkeuren die klanten specificeren en binnen het risicotolerantieprofiel van de klant op basis van de door de klant aangegeven risicoacceptatie. Via een softwarematig vastgelegde procedure wordt vervolgens voor elk doelplan een optimale beleggingsstrategie afgeleid. Deze strategie is een zogenaamde lifecycle-strategie: het 'beleggingsrisico wordt kleiner naarmate de einddatum nadert'.
VIVE bepaalt een optimale beleggingsportefeuille binnen het risicoprofiel van de klant. VIVE zorgt voor portefeuilleoptimalisatie en herbalancering na aanpassing van de risico-rendementskenmerken van de onderliggende beleggingscategorieën. De optimale portefeuilles en prognoses voor het mediaanscenario en het slechtweerscenario zijn gebaseerd op een economische scenarioset die driemaandelijks wordt gegenereerd door het Economisch Scenario Generator model.
De beleggingsplannen worden uitgevoerd door voor elk beleggingsplan te beleggen in een optimale portefeuille behorende bij het risiconiveau dat de klant heeft aanvaard bij het opstellen van het plan (of laatste herziening van het plan). VIVE gebruikt dezelfde consistente portefeuilleoptimalisatie om de beleggingsmix in de verschillende soorten beleggingsplannen in te vullen.
De portefeuilleoptimalisatie met de beleggingscategorieën die in aanmerking komen, vindt plaats door op elk gewenst Value-at-Risk (VaR)-niveau de portefeuille te kiezen met het hoogste verwachte rendement (mediaanscenario) op basis van een realistisch scenario op 1-jaarbasis. VIVE gebruikt een robuuste optimalisatietechniek om de impact van uitbijters te minimaliseren. Het VaR-niveau wordt bepaald als het 5%-percentiel van de kansverdeling van portefeuillerendementen.
Onderdeel van de diensten van VIVE is het herbalanceren van de portefeuilles in de beleggingsplannen die door de klant zijn gemaakt. Verschillen tussen de feitelijke portefeuille en de strategische portefeuille voor het beleggingsplan van de klant kunnen ontstaan door prijsontwikkelingen en verandering van de strategische portefeuille. Het doel van herbalanceren is om de feitelijke portefeuille af te stemmen op de strategische portefeuille die op dat moment bij het specifieke beleggingsplan hoort.
In 30 min alles weten over pensioen?
Krijg een compleet beeld van het pensioenlandschap in Nederland.
Inclusief een overzicht van alle mogelijkheden en keuzes.